zondag 13 juli 2014

Uche, uche

In de kerk leer je veel dingen. Een van de dingen die er het allermeeste beoefend wordt,  is hoesten. Blijkbaar werkt het woord van de Heer bij veel mensen op de hoestprikkel. Zijn het de zenuwen? Moet de
oorzaak van hinderlijk geblaf gevonden worden in de stoffigheid die een oud kerkgebouw nu eenmaal met zich meebrengt of worden de stembanden en het strottenhoofd danig geïrriteerd door de sonore toonhoogte van het kerkorgel, dat deze zelf ook in beweging moeten komen?
Ik heb ze vandaag geteld. Op een groep van 350 kerkgangers, elke zes seconde een kuch en elke dertig seconde een enorme blafhoest. Voeg daarbij elke zes seconde een keel die geschraapt dient te moeten worden en je komt bij een kerkdienst van 90 minuten  aan een paar duizend.
Een redelijk kuch, hoest en schraap concert met dunkt, waar ik derhalve zelf nimmer aan deel heb genomen. Als ik al moet hoesten, wat zelden het geval is, dan houd ik het gewoon in. Na de dienst bij de koffie heb ik ook het aantal kuchen, hoesten, schrapingen etc. geteld. In 20 minuten tijd, niet een. Wat ons maar een ding kan leren: De kerkgang werkt op de hoestprikkel.
Misschien zie ik het verkeerd of is de tekst verkeerd vertaald en moeten Jezus woorden worden gelezen als: Komt allen tot Mij die gehoest en geschraapt zijt, en Ik zal uw (kelen) rust geven….