Als kind de hemel op aarde. Herinner mij nog al te goed de lieflijke sfeer, het gevoel
in je buik als de grote vakantie aanbrak. Zes a zeven weken niet naar school. Bestond er iets zaligers? Ik meen van niet. Nooit is dát gevoel overtroffen. De blijdschap, de wetenschap dat je anderhalve maand vrij was van je leerplicht.
En dan maar vliegers bouwen, knikkeren, rolschaatsen, belletje trekken, fikkie stoken, in de oude afbraakpanden lood en koper slopen en naar de lompenboer brengen voor een paar knaken. Zalig allemaal. Ik zie die glinsterende sterren in de ogen van de kinderen van nu. Gelijk hebben ze. Achter ons huis net voorbij de koeien kamperen groepjes jongeren. Ze hebben tweepersoons tentjes opgezet en zitten in de kring te kletsen. Jongens, meisjes, wel een stuk of vijfien.
Het opent luikjes in mijn verdroogde hersencellen en voorziet ze van vers sap. Logeren bij de boer, ach ja. En verlieft, vreselijk verliefd op al die mooie meiden en boerendochters. Het was een pure verliefdheid dacht ik. Veel intenser dan wat je deel wordt als je volwassen bent. Kalverliefde, sterke pure liefde. Maar ik was verlegen toen. Nu niet meer. Dat wist u al. Ik wilde wel zoenen maar durfde niet. Nu durf ik wel maar het hoeft niet meer. Hoewel dat ook weer niet waar is, maar goed.
Geniet er maar van jongens en meiden want de dagen van je jeugd gaan even snel voorbij als de damp die in de vroege morgen op het veld ligt en als de zon opkomt verdwijnt. Maar nu nog even niet. Nu is het nog volop vakantie en genieten geblazen. Dat het maar heeeeeeeeel lang mag duren…..