Ik zag het voor mij in de kerk.
Het betrof geen voorganger, geen charismatische spreker die alle mensen in
katzwijm liet vallen, geen
zuster die in nieuwe tongen de hemel trachtte te
openen, geen broeder met baard die de ene volzin profeteerde na de ander, geen
organist die de sterren van de hemel speelde en ook geen leraar die zalvende
woorden sprak. Het was geen kringleider geen ouderling of diaken en ook al geen
koster. Het was geen wonderdoener, geen handenoplegger, geen volwassen doper en
zelfs geen christelijke boeken schrijfster.
Het was een kind met de ziekte
van down. Hij stond op zijn stoel met opgeheven handjes en riep: ”Heer Jezus ik
houd van U.” Zomaar dwars door de preek heen.
De hemel hielt de adem in.
Ouderlingen en dominee keken verstoord en zwijgend toe. Even maar, toen ging de
dienst weer gewoon verder zonder Jezus, want het kind was uitgebeden. Het licht
verzwakte en de hemel sloot zich weer, zo gevoelde het. Misschien vindt u dat
veel te kras en dat is ook zo. Maar toch…..