Twintig eeuwen was het ons christenen duidelijk dat de
Bijbel vanwege de
scheppingsorde de man heeft aangewezen om in de samenkomsten
het woord te verkondigen. De Bijbel leert dat dit niet te maken heeft met het
te dom zijn van de vrouw of geen kennis te hebben van het woord, doch enkel dat
Hij deze verantwoordelijkheid op de schouders der man gelegd heeft. Punt uit.
Nu kan ik een lang verhaal op gaan hangen over dat de man de
afdruk van God is en dat de vrouw een afdruk van de man is. Of over Genesis
waar de vrouw te horen krijgt dat zij, omdat ze zich liet verleiden en pas
daarna haar man tot zonde bracht een onderworpen positie heeft verworven als
het gaat om mannen spiritueel te onderwijzen, ik ga dit alles niet doen.
Net
zomin als ik een boom op ga zetten over de verantwoordelijkheid van de man de
vrouw te beschermen en haar lief te hebben als de Schepper Zijn bruid
liefheeft.
We leven in de tijd dat het de boze gelukt is om het unieke
van man en vrouw stuk te maken. In het streven naar zogenaamde gelijkheid is de
mens verdwaald in een bos van onzekerheden. Een man moet kinderen kunnen baren
en een vrouw moet alles kunnen wat een man kan, inclusief rechtop staand
pissen.
Doch wie iets verder durft te kijken, merkt al snel dat man
en vrouw ieder unieke eigenschappen bezitten die mits goed toegepast elkander
aanvullen. Wij moeten elkanders door God gegeven taken niet uitwisselen en
menen dat Hij dat ook wel zegenen zal. Een man is een geheel ander wezen in
verhouding tot een vrouw. De Bijbel zegt niet voor niets: Een vrouw moet zich
laten onderwijzen in stilheid, in alle onderdanigheid. Want ik sta niet toe dat
een vrouw onderwijs geeft, en ook niet dat zij de man overheerst, maar ik wil
dat zij zich stil houdt” (in de samenkomst) Want thuis roert zij haar mondje heus wel. Wees daar maar niet bang voor. Gelukkig wel want haar kennis, haar intuitie, haar gevoel, is verfijnder en vult aan waar de man te kort schiet.