Elke dag moeten we keuzes maken, het begint vaak met; staan
we op of blijven we liggen? Wat voor kleren doe ik aan? Wat smeer
ik op brood?
Met de auto of met de fiets? Welk geurtje (zeker de dames) doe ik op? Het is
alsof we steeds deuren doorgaan waar we al zolang elke dag doorheen moeten.
De
slaapkamerdeur, de deur van de douche wellicht of het toilet. De deur van de
huiskamer, de voordeur, de deur van de schuur als je op de fiets gaat misschien
of de deur van de auto.
En dan de deur van je werk, in de bouw, op kantoor of
de deur van de trein als je conducteur bent. Deuren, deuren, deuren. We hebben
sleutels nodig. Zonder sleutels gaan de meeste deuren zo lastig open.
Er is één
deur die nooit op slot is, dat is de deur naar het hiernamaals. Zo ben je er op
aarde en voor je het weet glip je weer weg. Dan ga je een laatste deur door.
Sta je oog in oog met Hem die zei: “Ik ben de deur naar het leven." Maar
dan moet je wel een sleutel hebben. De sleutel hangt naast de deur, iedereen
kan er zo bij. Ik zou Hem maar stevig vastpakken, nu Hij er nog hangt.