Terwijl er links en rechts van ons om de een of
andere reden
mensen tijdens de preek in slaap vielen, keek ik de kerk rond. Een leuke
bezigheid en je ziet nog eens mensen die je niet kent. Mijn oog viel op een
ernstig luisterend meisje, dat met open mond aan de voorganger gekluisterd zat.
"En de Here sprak tot de melaatse," riep de voorganger. Het meisje
kon onmogelijk begrijpen waar de preek eigenlijk over ging. Ondanks dat de voorganger tussen neus en lippen: “Ja, kinderen, dat snappen jullie ook
wel," meende te moeten prakken, in een poging het idee te wekken dat de
kinderen toch heus veel opstaken van de eredienst. Het meisje zong even later,
toen een lied werd ingezet, met veel vuur mee.
De slapende mensen links en
rechts van ons, ontwaakten en ik begreep toen pas de woorden van Jezus toen Hij
sprak: “u lieden moet worden als de kinderen.
Want de meest geestelijke, eerlijke, oprecht zijnde persoon in de kerk,
werd zonder twijfel gevonden in dat meisje. Daar konden de voorganger en de
oudsten een puntje aan sabbelen. Ze had meer van de Heer dan ik de laatste tijd
in veel andere kerkgangers en mijzelf heb gezien.
Misschien vergis ik me. Maar ben zo bang van niet...