Ik weet nog dat de eerste naar Gouda kwamen. In oude afbraakhuizen van de binnenstad vonden ze een plek om te wonen. Op de lagere
school kreeg ik een Marokkaan als vriend en we hadden de grootste lol.
Ik dronk in dat oude huisje muntthee en vulde voor de familie de meterstanden van het gas/licht en water in, want ze spraken geen Nederlands.
Ik at er mee en leerde de scherpe maar verrukkelijke smaak van hun spijze kennen. Het waren mensen die het werk deden, dat wij hier niet zagen zitten.
Ik werd 16 jaar en werkte samen met hen bij Steenkamer meubelen waar ze de hele dag in de stank van de uitwasemende lakdampen stonden of de taak hadden de meubels te schuren. Ik ervoer het als leuke, humoristische mensen die tijdens de ramadan op een kleedje lagen in de pauze in de schaduw en hun droge mond spoelden met fris kraanwater tegen de dorst. We deelden dingen, leerden elkaar waarderen en over geloofszaken werd niet tot nauwelijks gesproken.
Als ik de jongeman van school tegenkom, met zijn nu grijze kroeshaar is hij nog altijd mijn bro.
Wat is er misgegaan in de laatste 40 jaar? Hoe snel kan een goede naam verdwijnen? En wat belangrijker is, komt het nog ooit goed? Ik betreur de gang van zaken omdat ik deze bevolkingsgroep ook van een geheel andere kant heb mogen kennen en er in die tijd een stel heel fijne mensen in heb bevonden...